![Beatrijs Smulders 28th of April 2011](https://i0.wp.com/beatrijssmulders.nl/wp-content/uploads/2011/06/Beatrijs-Smulders-225x300.jpg?resize=225%2C300)
© Patricia Steur, april 2011
Alles draait om Liefde
De thuisbevalling is het mooiste dat er is.’ Beatrijs Smulders (58), verloskundige, directeur van het Geboortecentrum Amsterdam, zegt het op een toon die geen tegenspraak duldt. Ze schenkt een kopje thee in, schuift de schaal met cake en speculaasjes nog wat dichterbij, en lacht haar schaterendste lach: ‘En dat zal ik altijd blijven zeggen.’
Voor veel zwangere vrouwen is Beatrijs Smulders al jaren niet minder dan een goeroe. Ze vangen hun weeën op met een van Smulders’ bestsellers (Veilig zwanger, Veilig bevallen) in de hand, terwijl hun echtgenoten nog een rustgevend muziekje opzetten en de slaapkamer gezellig maken voor een harmonieuze thuisbevalling.
Daar recht tegenover staan zwangere vrouwen die, als je de naam ‘Beatrijs Smulders’ laat vallen, reageren alsof je de pin uit een handgranaat rukt. Beatrijs Smulders, is dat niet die enge vroedvrouw die per se wil dat je thuis kermend van de pijn je kinderen baart? Van wie je niet lekker in het ziekenhuis mag bevallen, met de ruggenprik onder handbereik?
Begin november publiceerden elf Nederlandse wetenschappers in de British Medical Journal een onderzoek naar babysterfte. Ze claimden bewezen te hebben dat het sterfterisico bij een bevalling die onder begeleiding van een vroedvrouw plaatsheeft, twee keer zo hoog is als bij een bevalling onder begeleiding van een gynaecoloog. Het huidige Nederlandse systeem (Nederland is het enige land waar de thuisbevalling de norm is) is niet veilig, was de conclusie, die door veel media groot werd overgenomen. De Volkskrant raadde in een commentaar aan voortaan alle bevallingen in een ziekenhuis te laten plaatsvinden. In de weken erna werd het onderzoek door andere wetenschappers in twijfel getrokken, maar toen was het kwaad al geschied.
Smulders: ‘Wat groot op een voorpagina heeft gestaan, trek je met een klein berichtje op pagina 16 nooit meer recht. Het is schandelijke angstaanjagerij.’
Maar die cijfers zíjn toch ook heftig?
‘Die zijn heftig en ze vragen om nader onderzoek. Maar deze cijfers zeggen maar gedeeltelijk iets over de oorzaak van de babysterfte, en het onderzoek vermeldt niet waarom en onder wiens verantwoordelijkheid de baby sterft. De manier waarop deze cijfers naar buiten zijn gebracht, slacht de verloskundigen in Nederland af. Ten onrechte. Een bevalling die thuis begint, bij een verloskundige, eindigt niet zelden in een ziekenhuis. Mensen realiseren zich niet altijd wat zich in ziekenhuizen afspeelt. Er is een beeld van ‘daar is het veilig’. Maar dat is lang niet altijd het geval. Een ziekenhuis is een medisch eindstation, missers kunnen er gemakkelijk worden toegedekt. Door allerlei hiërarchische schijven treedt er vaak een enorme vertraging op. Verloskundigen verwijzen eerder te vroeg door naar de gynaecoloog dan te laat. De samenwerking is niet het probleem, het vervoer ook niet. Wel de onderbezetting en gebrekkige opvang in vooral grote ziekenhuizen: dat moet nodig worden onderzocht.
‘Twee weken geleden deed ik zelf nog een bevalling. Er moest een vacuüm gedaan worden. Dan kom je ’s nachts in dat ziekenhuis en staat er een onervaren arts-assistent, die later internist wil worden. De gynaecoloog is niet in huis, of ergens anders druk bezig – in het weekend en ’s nachts is er altijd een onderbezetting. De verpleegkundige kijkt er een half uur bedenkelijk naar, de arts-assistent gaat er nog eens drie kwartier aan prutsen. Het liep goed af; maar als het was misgegaan, was dat dan onder verantwoordelijkheid van die arts-assistent gebeurd, of van de vroedvrouw?’
U gaat niet twijfelen door zo’n rapport.
‘Nee. O nee, helemáál niet. Ik heb 32 jaar lang duizenden thuisbevallingen gedaan. De thuisbevalling scoort superieur als het gaat om veiligheid. Ik twijfel hooguit aan de overhaaste conclusies en aan de goede bedoelingen van de onderzoekers. Het is doelbewust en ongefundeerd zwartmaken. Het is onverantwoordelijk gedrag. Want er zijn ook gerenommeerde onderzoekers die voorspellen dat, als alle bevallingen in het ziekenhuis plaatsvinden, de babysterfte niet omlaag gaat maar juist omhoog.’
Hoeveel thuisbevallingen zijn er nog? In de jaren tachtig was het 35 procent.
‘Ja, en nu 24 procent. Ik vrees dat het percentage na deze afgelopen weken verder terugloopt. Als je dit soort dingen leest, denk je: ik ga niet meer naar een verloskundige. Vrouwen zijn bang. En het is niet alleen angst voor de bevalling, die onder de huidige generatie toch al veel groter is dan onder vorige generaties. Nu wordt ook nog eens de autoriteit van vroedvrouwen onderuitgehaald, gemarginaliseerd.’
Is het de gynaecologenmaffia versus de vroedvrouwenmaffia?
‘Niet alleen, er zijn massa’s gynaecologen die prima met verloskundigen samenwerken. En onnodige sterfte onder baby’s kán niet. Daar is iedereen het over eens. Maar er is wel sprake van een politiek machtsspel. Van een ziekenhuislobby. De hele westerse medische wereld, althans het establishment, zegt: wat is dat toch allemaal, in Nederland? Wanneer houden jullie nou eens op met die thuisbevalling? En er zijn ook commerciële belangen natuurlijk. Het geboortecijfer is dalende.’
Bent u niet heel drammerig? We gaan het zo over leiderschap hebben. Moeten leiders niet luisteren?
‘Mee eens. Als morgen echt bewezen wordt dat de thuisbevalling te risicovol is, ben ik de eerste om te zeggen: goed, dan gaan we het anders doen. Maar dit rapport is het bewijs absoluut niet. Dat weet ik zeker. En daarom ga ik er dwars vóór liggen.
‘Wat er nu gebeurt, raakt me diep. Het is niet alleen deze negatieve publiciteit; de medicalisering van de geboorte is al veel langer gaande. Ik wil niet drammerig doen over de thuisbevalling, het gaat me om de diepere laag eronder. Ik vind Nederlandse vrouwen de meest geëmancipeerde vrouwen ter wereld. Nederlandse vrouwen zijn echt speciaal. Nederlandse mannen overigens ook. Naarmate je zuidelijker komt, in Europa, wordt het steeds slechter en worden mannen meer macho – dus minder mannelijk.
‘In Nederland is er een gelijkwaardige verhouding tussen mannen en vrouwen. We hebben hier een cultuur die heel bekrachtigend is voor vrouwen, en de vrije keuze voor de thuisbevalling is daar een belangrijke uiting van. Een bevredigende bevalling heeft een enorme invloed op de rest van het leven van vrouwen, en ook op hun seksualiteit. Nederlandse vrouwen zijn heel down to earth, vergeleken bij andere culturen; ze hebben een groot gevoel voor wat nou belangrijk is op hun diepere lichamelijke, haast biologische niveau.
‘Maar de laatste jaren zie je daar verandering in komen. Vrouwen onderdrukken op een subtiele manier zichzelf. Er is bij de jongere generaties enorm veel angst. Ze krijgen vaak pas laat kinderen. Ze zijn jaren met hun hoofd bezig geweest, en een beetje vervreemd van hun biologie en losgekoppeld van hun lichaam. Als ze uiteindelijk zwanger raken en in contact komen met hun instincten, worden ze bang, soms totaal panisch.’
U bent voor de ene zwangere een leider in de letterlijke betekenis, een soort goeroe; bij de andere roept u vooral weerstand op. Hoe gaat u daarmee om?
‘Kritiek op mij is er altijd geweest. Maar ik weet gewoon dat ik moet zeggen wat ik te zeggen heb, ook al is het dwars tegen de draad in. Dat vind ik mijn verantwoordelijkheid. Of ik me daarmee inpopulair maak, is voor mij niet zo belangrijk. Er zijn vrouwen die zich aan me spiegelen en er zijn vrouwen die zich tegen me afzetten. Dat is allebei prima, en zinvol. Een onderwerp als geboorte raakt mensen diep, iedereen heeft er een mening over.
‘Ik heb meer dan dertig jaar lang vrouwen bestudeerd, ik heb zo veel van ze gezien en geleerd, in hun intieme leefsfeer, in hun huizen. Vrouwen hebben aan mij heel veel verteld, over hun angst en kwetsbaarheid maar ook over hun krachten en vastberadenheid. Daar zie ik lijnen in. Ik ben nu een boek aan het schrijven over vrouwen, seksualiteit en liefde. Dat wordt de weerslag van wat ik de afgelopen jaren bij vrouwen heb gezien en ontdekt, ook bij mezelf, want het is gedeeltelijk een autobiografisch boek.
‘Ik leg daarin ook weer uit waarom het behoud van keuzevrijheid voor de thuisbevalling nou zo ongelooflijk belangrijk is. Dat is omdat vrouwen in hun thuisomgeving soeverein eigenmachtig zijn, en tijdens een bevalling iets beleven waarbij ze verantwoordelijkheid nemen voor hun lichaam. Iets wat een enorme impact heeft op het moederschap en op de kracht die je daarvoor nodig hebt. Het geeft je zó veel zelfvertrouwen, en dat kun je goed gebruiken als je moeder wordt, want moeder worden – en zijn – is ontzettend zwaar. Zodra je een bevalling medicaliseert, verliezen vrouwen de leiding. Door die depersonalisatie, het in de medische risicosfeer trekken, raken vrouwen geïmponeerd en geven ze de controle uit handen.’
Wie heeft bij een thuisbevalling de leiding? Is dat de vroedvrouw of de moeder?
‘De moeder! Je rijdt ’s nachts een donkere straat binnen waar één raam verlicht is, en zodra je de drempel over bent, betreed je het territorium van een vrouw. Zij is de koningin, zij bepaalt wat er gebeurt, en jij past je aan. Je moet soms helpen, maar het is verbazingwekkend hoe ongelooflijk eigenmachtig vrouwen zijn als ze in hun eigen omgeving bevallen.
‘Het is in wezen een heel seksuele daad, bevallen. Het heeft dezelfde geur, en hetzelfde hormoon – oxytocine, het bindings- en orgasemehormoon – speelt een rol. Die hormonen flowen veel gemakkelijker in de intimiteit van de plek waar dat kind ook gemaakt is, dan in een ziekenhuis. Je denkt misschien: wat maakt dat nou uit voor de veiligheid, al dat romantische gedoe; maar van die eigen omgeving gaat een grote veiligheid en kracht uit. Een bevalling is veel meer dan zo snel mogelijk dat kind eruit vissen. Een vrouw die thuis bevalt, heeft een ervaring waar ze haar hele leven lang vertrouwen aan ontleent. Die bijzondere kracht van vrouwen wordt door vrouwen zelf onderschat. Die is waanzinnig groot. Dat kun je ook in het ziekenhuis ervaren, maar het feit dat het thuis kán heeft de hele verloskunde in Nederland positief beïnvloed.’
Wat is dan de bijzondere kracht van vrouwen?
‘Dat kan ik het beste uitleggen aan de hand van een onderzoek dat ik gelezen heb over muizen – niet dat vrouwen muizen zijn. Een mannelijke muis die in een vijandige omgeving belandt en wordt aangevallen, gaat óf vechten, óf hij rent ervandoor. De vrouwelijke muis die wordt geattaqueerd, gaat niet vechten want ze wil haar kinderen niet verlaten. In eerste instantie verlamt ze.
‘Vervolgens gaat ze contact zoeken met andere vrouwelijke muizen. Desnoods met de vrouwen van de vijand. Ze gaat communiceren, ze gaat netwerken; je zou kunnen zeggen dat ze open gaat. Ondanks het feit dat ze wordt aangevallen, dat ze kwetsbaar is, gaat ze open. Dat zie je ook bij seksualiteit. Als een vrouw voor het eerst met een man naar bed gaat en zo’n heel grote penis ziet, denkt ze ook: wauw! Moet dat er allemaal in?’
Ze zijn niet allemaal zo groot.
‘Nee, maar het moet er wel in. En in plaats van dat die vrouw dichtklapt, opent ze zich. Dat is bij het moederschap precies hetzelfde. Er moet een groot kind uit: dat is een potentieel levensbedreigende situatie. Terwijl wij zitten te praten, zijn er wereldwijd alweer tien vrouwen tijdens een bevalling overleden. Het is in niet-Westerse landen gevaarlijke business, qua bloedverlies en infecties. Maar in plaats dat vrouwen totaal dichtklappen tijdens een bevalling, komen er hormonen vrij in haar lichaam waardoor – o wonder – die baarmoeder juist opengaat.
‘De bijzondere kracht van vrouwen is dus dat vrouwen de capaciteit hebben zich ondanks stress, ondanks gevaar, ondanks vijandigheid, te openen. Ze zijn extreem kwetsbaar, maar ook extreem sterk en liefdevol. Het is eigenlijk de kracht van liefde. De kracht van vergeving ook. Ondanks de enorme catastrofes die vrouwen kunnen overkomen – eeuwenlang zijn ze verkracht, vermoord en verguisd, vrouwen zijn de niggers of the world om het zo maar te zeggen – hebben vrouwen de kracht van de liefde. En daar gaat het om. Alles draait om liefde, en de rest is hobby.’
Nederlandse vrouwen werken te weinig, zeggen Heleen Mees en Elma Draijer. Ze gedragen zich als verwende prinsesjes.
‘Volslagen onzin. Ik vind Nederlandse vrouwen de meest geëmancipeerde vrouwen van het westelijk halfrond, omdat ze gewoon doen wat ze vinden dat ze moeten doen, ook als moeder. Een tijdelijke afhankelijkheid, daar is niets verkeerds aan. Als een vrouw ervoor kiest minder te werken en haar kinderen op te voeden, moet ze dat vooral doen. In een goede relatie gebeurt zoiets op basis van wederkerigheid. Hij vertrouwt haar de zorg voor de kinderen toe, zij hem de zorg voor het inkomen. Later kun je van rol wisselen.’
Opvoeden is toch een verantwoordelijkheid van allebei?
‘Ik denk dat het ideaal is als de man ook een stap terug doet wanneer er kinderen komen, als je zorg en werk deelt. Dat zie je gelukkig steeds vaker. Maar ik vind ook dat je reëel moet zijn. Kinderen zijn het goud van de toekomst. Wanneer je allebei fulltime werkt, leidt dat alleen maar tot stress, verwaarlozing, echtscheidingen. En er is nu eenmaal een verschil tussen mannen en vrouwen. De vrouw heeft dat kind gebaard, de vrouw heeft de borsten waarmee ze kan voeden. Een vrouw heeft nu eenmaal een andere relatie met haar kleine kind dan een man. Laten we daar nou simpel over zijn. Ik zeg helemaal niet dat wij vrouwen onze topfuncties moeten laten schieten. Ik ben zelf ook heel ambitieus geweest. Maar neem dan geen kinderen, of zoek een vervangmoeder. Of richt je loopbaan anders in. Je kunt nog prima carrière maken als je kinderen wat ouder zijn; we moeten tot ons 70ste door.
‘Ik ben een kind van de seksuele revolutie. Die is voor vrouwen een keerpunt geweest; daarvóór werden hun levens bepaald door het moederschap, dat vrouwen uitputte en aan huis bond. De seksuele revolutie en de komst van de anticonceptiepil hebben vrouwen veel vrijheid gegeven, maar hebben vrouwen ook meteen weer verzwakt. Toen ik op mijn 18de vanuit Brabant in Amsterdam kwam, zag je dat vrouwen zich massaal op de markt van de seksuele relaties stortten. Dat ze ineens het gevoel hadden dat ze available moesten zijn, en hun eigen seksualiteit uit handen gaven. Ik heb heel wat vriendinnen en vrouwen zien sneven.
‘Op mijn 12de werd ik voor het eerst ongesteld. Een nichtje van mij was op haar 15de zwanger geraakt en mijn vader, die vermoedelijk iets dacht van ‘dat mag onze Trijsje niet gebeuren’, riep me bij zich. In zijn spreekkamer – mijn vader was huisarts. Ik ging er zwaar in mineur naartoe, want ik had helemaal geen zin in die medische termen en ik vond het nogal schaamtevol allemaal. En mijn vader zei: ‘Beatrijs, vanaf nu zit je op een schatkist. Die schatkist is waanzinnig mooi, maar ook superkwetsbaar. Er zit een ruwe diamant in, en ook prachtige parels. Die parels, dat zijn je eicellen en in die eicellen zitten de genen van je vader en je moeder. Dus: zo lang mogelijk je onderbroek aanhouden. Want alleen een koning mag binnenkomen.’ Toen kon ik weer gaan.
‘Ik ging die spreekkamer uit en keek ineens heel anders naar mezelf. Wauw, dacht ik: ik heb een schatkist! Ik heb iets te beschermen! Het gaf me een diep gevoel van zelfvertrouwen en een totaal ander perspectief op mezelf.
‘Als je je schatkist niet beschermt, en je probeert een man te pleasen omdat je nu eenmaal denkt dat dat moet, omdat je onzeker bent, ga je de fout in. Een slechte minnaar beschadigt je schatkist. Heel veel vrouwen zijn ontevreden over hun seksuele leven. Omdat ze hun eigen gevoel heel vroeg hebben losgelaten, en zijn meegegaan in een soort mannelijke seksualiteit, die veel meer met lust te maken heeft dan met liefde. Maar uiteindelijk wil iedereen liefde, en niet alleen lust.’
Onlangs verscheen het Handboek voor de Moderne Man. Wim de Jong, een van de auteurs, sprak in interviews vergoelijkend over seks als ruilmiddel. Over mannen die klusjes doen in ruil voor seks: ‘Even een wippie verdienen’.
‘Als dat echt zo is heb ik heel veel medelijden met mevrouw De Jong, want wat meneer De Jong doet, is masturberen in zijn eigen vrouw. En dat gebeurt op grote schaal. Wanneer seks een ruilmiddel is, heeft de vrouw er dus geen zin in. Misschien kijkt die wel op haar man neer omdat hij een slechte minnaar is. Een man krijgt pas echt autoriteit als hij een goeie minnaar is, als hij zijn vrouw echt bemint. Je kunt het trouwens zó aan een man zien, of hij een goede minnaar is. Echt waar! Ik heb zoveel met vrouwen gesproken hierover, ik ben een soort rondlopende snuffelpaal voor wat vrouwen werkelijk beroert.
‘Seksualiteit is een enorm taboe. Iedereen weet waar de knoppen zitten, iedereen praat er zogenaamd over, maar het is het grootste taboe dat er bestaat. Mensen praten nauwelijks over wat er werkelijk aan de hand is, over de moeite die het kost je over te geven, over de angst om afgewezen te worden, en hoe je die angst moet overwinnen. Veel mannen en vrouwen zitten gevangen in een niet geïnspireerde relatie zonder wederzijdse chemie. Seks is veel belangrijker dan menigeen denkt. Een relatie zonder goede seks, dat wordt nooit meer wat.
‘Vrouwen weten vaak zelf niet hoe ze een goeie minnaar moeten máken. Want dat kunnen ze. Ik geloof echt dat vrouwen daarin de leiding moeten nemen; dat ze hun mannen moeten helpen, moeten opvoeden. Vrouwen moeten mannen leren zich over te geven, en dan vice versa. Mannen zijn eigenlijk vrij onschuldig. Een erectie is van een potsierlijke alleenheid, die omhelsd moet worden door een vrouw die weet hoe ze de liefde bedrijft. Maar heel veel vrouwen hebben geen idee.’
Bestaat er los van de seks ook zoiets als vrouwelijk leiderschap?
‘Jawel, denk maar aan die muizen. Vrouwelijk leiderschap is veel meer dan mannelijk leiderschap gebaseerd op het creëren van een netwerk en het opbouwen van vertrouwen. Een vrouwelijke leider zal eerder zeggen hoe ze zich diep van binnen voelt, haar eigen bestaanspijn met anderen delen, dan dat ze zich als een vrouw op de apenrots gaat gedragen. Een vrouw op de apenrots, dat werkt niet.’
Nee?
‘Nee, dat werkt niet. Een vrouw die als een man op de apenrots gaat staan, roept onmiddellijk weerstand op. En een vrouw die zich juist heel vrouwelijk opstelt, krijgt de kippen en hanen niet in het gareel. Wat het allerbeste is, zijn een man en een vrouw samen op de apenrots. Een echte vrouw en een echte man. Dan krijg je creativiteit en spetterend vuurwerk. Uit Amerikaans onderzoek is gebleken dat de productiviteit dan onmiddellijk stijgt.
‘Voor mij is de ideale vrouw een vrouw die 80 procent vrouwelijke energie heeft en 20 procent mannelijke. Maar er zijn vrouwen die hun vrouwelijke energie enorm onderdrukken, en die 80 procent mannelijke energie hebben en 20 procent vrouwelijke. Waarbij die 20 procent vaak ook nog een schijnvrouwelijkheid is: er mooi uitzien, hoge hakken dragen, je lippen knalrood stiften. Een man is ook het leukst als hij 80 procent mannelijke energie heeft en 20 procent vrouwelijke. Dan heeft hij veel empathie.
‘Samen op de rots, dat is het best. Beatrix en Claus: dat was een topstel. Barack en Michelle Obama ook. Die twee zijn samen president. En ze hebben een flitsende seksuele relatie. Kun je zo zien. Of neem Máxima en Willem-Alexander, ook een mooi voorbeeld.’
Goeie seks?
‘Heel goeie seks. Ik denk trouwens wel dat zij het hem geleerd heeft. Zeg jongens, dit komt toch niet in de krant hè.’