Waarom moet een achtenswaardige beroepsgroep als dat van verloskundige in de media keer op keer keihard en meedogenloos worden afgeslacht? Waarom wordt de thuisbevalling steeds weer onterecht in diskrediet gebracht? Geen enkel weldenkend mens kan toch tegen keuzevrijheid zijn als het gaat om zulk een autonoom recht als de keuze waar te bevallen? Waar komt deze intolerante en militante houding vandaan, terwijl de oorzaak van de verhoogde babysterfte in Nederland vooralsnog niet gelieerd kan worden aan de plaats van de bevalling. De recente resultaten over de thuisbevalling in vergelijking met de ziekenhuisbevalling zijn wetenschappelijk bewezen onverminderd goed tot uitmuntend. Wat is er aan de hand? Uit welke hoek komt deze onterechte aanval op de thuisbevalling? Vanwaar deze moderne heksenjacht op verloskundigen? Vermomd als een journalistieke reportage schrijft B. van Erp van 9 mei j.l. eigenlijk een op persoonlijke, dus subjectieve ervaringen gebaseerde aanval op de Nederlandse verloskundigen. Verloskundigen worden door Van Erp schaamteloos generaliserend ervan beticht vrouwen jarenlang vals over de veiligheid van de thuisbevalling te hebben voorgelicht. Een ongekend grove beschuldiging, waarbij de scribent, niet gehinderd door enige kennis van zaken, gemakshalve onvermeld laat dat de schijnveiligheid in Nederlandse ziekenhuizen jaren lang is verzwegen. Pas sinds kort streeft men er naar om ’s nachts en in het weekend gynaecologen in het ziekenhuis aanwezig te laten zijn. Maar dat lukt nog lang niet altijd en overal. Er is een schromelijk tekort aan gynaecologen en voor de 24 uurs-diensten van gynaecologen is nog geen budget! Terwijl uit onderzoek is gebleken dat juist op die tijdstippen in de ziekenhuizen de babysterfte in Nederland het hoogst is.
In 2011 was er belangrijk verloskundig nieuws te melden: in vergelijking met andere Europese landen bleek in Nederland rondom de geboorte een relatief hoge babysterfte te bestaan. Iedereen werd opgeschrikt door tendentieuze krantenkoppen over een onderzoek van de Universiteit van Utrecht, een achteraf slecht gefundeerd en té snel afgerond onderzoek, met voorbarige conclusies en suggesties. Maar de beer was los en de schuldvraag werd in de media al direct beantwoord: de thuisbevalling en verloskundigen waren de boosdoeners. Terwijl men in vele professionele en wetenschappelijke kringen meewarig en met schaamrood op de kaken toekeek omdat men wel beter weet. De media stilte vanuit de samenwerkingspartner, de Nederlandse Vereniging van Gynaecologen, was oorverdovend. Toch werden alle professionele betrokkenen het er snel over eens dat de zorg verbeterd kon worden en dat vooral gynaecologen en verloskundigen beter moesten gaan samenwerken. Goed besluit, zou je zeggen, maar nee… Juist in de gezondheidszorg doet de marktwerking zijn schadelijke werk buitengewoon goed. De stellingen werden ingenomen om de klant en daarmee het geld van de verzekeraars naar zich toe te trekken. Meer dan ooit zien zowel gynaecologen als ziekenhuisbesturen hun kans schoon om zo snel mogelijk alle bevallingen definitief naar zich toe te trekken. Gynaecologen schamen zich op hun buitenlandse congressen over een door hen, nog immer getolereerd, ‘archaïsch’ verloskundig-systeem. Het moet nu maar eens afgelopen zijn met die vermaledijde thuisbevalling, al zo lang een doorn in hun marketing-oog. De manier om dit te bereiken wordt door sommige gynaecologen al snel met geweld afgedwongen. Het lijkt keer op keer een strak geregisseerde media-operatie; met de regelmaat van de klok verschijnen er weer alarmerende artikelen in de kranten met zonder twijfel als doel om de thuisbevalling en het werk van verloskundigen met de grond gelijk te maken. Alles onder het mom van een vaak oprecht gebrachte bezorgdheid over de perinatale sterfte, maar wat vooral óók speelt is een voor de zwangeren onzichtbare strijd om geld én positie. Een gevecht dat op een onethisch en onverantwoorde manier over de hoofden van nietsvermoedende zwangere vrouwen wordt gevoerd. Het beste en meest effectieve wapen van gynaecologen is immers het zaaien van angst voor de dood van een kind. Gynaecologen verwijten verloskundigen op hun beurt dat zij bang zijn om hun zelfstandigheid te verliezen en hun inkomen te zien slinken. Voor gynaecologen – de meeste hullen zich in een veelbetekend zwijgen – gaat de machtsstrijd om véél meer dan alleen hun inkomen. Het gaat over het behoud van hun positie binnen de medische hiërarchie en het binnenslepen van beroeps-en onderzoeksgelden. Over goedbedoelde arrogantie en macht over vrouwen, zowel over verloskundigen als over de zwangere vrouwen zelf. Gynaecologen, ziekenhuizen en de zorgverzekeraars, hebben hun mond vol over het belang van ‘de klant centraal stellen’, over de klant die moet kunnen ‘kiezen’… Een nobel streven, maar de werkelijkheid is anders. Door dit soort ongefundeerde en angstwekkende artikelen worden vrouwen blijvend bang en onzeker gemaakt en ontstaat een onafwendbare, gevaarlijke run op de ziekenhuizen, die het aantal bevallingen momenteel niet eens aankunnen. De ziekenhuisbevalling wordt door de onwetende leek onterecht als immer ‘veilig’ gezien. Het is niet voor niets dat gynaecologen en verloskundigen er vaak zélf de voorkeur aan geven thuis te bevallen. Gelukkig zijn er uit de gynaecologische wereld dan ook andere positieve geluiden te horen. De Amsterdamse hoogleraren verloskunde Joris van der Post (AMC) en Christianne de Groot (VU) bevelen met cijfers in de hand de thuisbevalling als een goed en verstandig alternatief aan en geven volmondig hun steun aan verloskundigen.
Er is nog een voor het publiek en door de media onbesproken probleem: er is een schrijnend tekort aan gynaecologen, terwijl die er voor een veilige oplossing wel zouden moeten zijn, vooral ’s nachts en in het weekend. Dé ideale oplossing die gynaecologen en zorgverzekeraars hiervoor zien is het samenvoegen van verloskundige klinieken tot grote beval-fabrieken en het massaal in dienst nemen van verloskundigen; goedkope en deskundige krachten die ook de nachtdiensten voor hun rekening kunnen nemen.
Jammer genoeg zijn verloskundigen, murw door de negatieve berichtgeving, de laatste tijd een gemakkelijke prooi om zich onder het mom van verbeterde samenwerking over te laten halen om in loondienst of in verkapte loondienst van het ziekenhuis te gaan. Ze doen deels het werk van gynaecologen en in wezen komen ze zonder het direct aan den lijve te ondervinden onder curatele en verantwoordelijkheid van de gynaecoloog te werken. Hoe eerbaar en zinnig hun werk daar ook is, ze zijn de assistent van de gynaecoloog en verliezen daarmee langzaam maar zeker, ongemerkt hun eigen kritische eerstelijns oog. En daarmee de ware aard van hun onafhankelijke beroepsuitoefening omdat ze niets anders meer meemaken. Ze laten onvermijdelijk het hoofd naar hun broodheer hangen en begeleiden voortaan, uit gewoonte en volgzaam binnen de ziekenhuishiërarchie, volgens ‘strakke’ protocollen ‘de patiënt’, want dat zal een zwangere vrouw namelijk meer en meer worden. Door het saneren van kleinere ziekenhuizen en het samenvoegen van verloskundige afdelingen ontstaan er gebieden waar vrouwen te ver van ziekenhuizen afwonen om veilig thuis te bevallen. Maar ook voor de vrouwen die in het ziekenhuis willen bevallen is dit een bedreiging voor de veiligheid van de bevalling. Iedereen begint tenslotte thuis met weeën aan de bevalling en het is totaal onwenselijk dat vrouwen in een auto op weg naar het ziekenhuis bevallen!
De tijdgeest werkt ook niet mee. Steeds meer vrouwen zijn bang ook voor de pijn bij de bevalling en verkiezen een ruggenprik. Een ingreep die risico verhogend werkt omdat het de noodzaak tot meer ingrijpen verhoogt. Nu de angst regeert daalt het thuisbevalpercentage in sneltreinvaart. De medicalisering van de Nederlandse verloskundige cultuur zal ,vrees ik, over niet al te lange tijd een voldongen feit zijn. Het aantal onnodige ingrepen en keizersneden zullen immens toenemen, de kosten zullen schrikbarend stijgen en nog schokkender de perinatale baby- en moedersterfte zal ondertussen hoogstwaarschijnlijk toenemen. Jonge vrouwen en verloskundigen moeten van goede huizen komen willen zij dit tij nog kunnen keren. Door de zeggenschap over geboortecentra te behouden of liever nog het ondernemerschap ervan. Op die manier kunnen zij de eerste lijnsverloskunde beter en langer in ere houden. Maar ook deze onafhankelijke geboortecentra staan wat de zorgverzekeraars betreft zorgwekkend genoeg ter discussie
De geschrokken ‘leek’ vraagt zich momenteel af: waar maakt iedereen zich zo druk over? Wat is er eigenlijk zo erg aan totale hospitalisering en medicalisering van verloskundige zorg? De oude filosoof Iwan Ilich zei het reeds jaren geleden: vrouwen verliezen daarmee op een heel essentieel punt hun lichamelijke zeggenschap en eigenmachtigheid. Het gaat om een diep emancipatoire kwestie, iets heel precairs en waardevols, dat niets met geld van doen heeft. Het recht om als vrouw zelf te beslissen hoe je de volgende generatie op de wereld wilt zetten. Het feit dat je in Nederland als vrouw hiertoe op een veilige manier, zonder onnodige medische ingrepen, in staat bent, verleent je een diep geworteld vertrouwen in eigen kunnen waar je de rest van je leven op kunt terugvallen. Dit valt moeilijk aan inhalige ziekenhuislobbyisten en onwetende gynaecologen uit te leggen. Niemand anders dan vrouwen en onafhankelijke verloskundigen kunnen dat weten omdat je het meegemaakt moet hebben wil je er de rijkdom en invloed van kennen. Het instituut ‘de thuisbevalling’ had als belangrijke bijwerking de relativering van onnodige medicalisering van het dagelijks leven van vrouwen en moeders. Met de teloorgang van de thuisbevalling als krachtige tegenhanger van de ziekenhuisbevalling zal de verloskunde voorgoed een medisch geregisseerde ‘event’ worden, waar vrouwen nog maar weinig in te brengen hebben. Nederlandse vrouwen zullen achteraf nooit meer begrijpen wat er aan emancipatie en autonomie verloren is gegaan. Argeloos en in dankbaarheid zullen zij hun ziekenhuisbevalling met veel meer kunstgrepen in lijdzaamheid ondergaan, ervan overtuigd geraakt dat ze het ‘zelf’ niet meer kunnen. Net zoals hun zusters in Engeland, Amerika en Italië waar inmiddels 30 tot 35% van de vrouwen per risicovolle, dure buikoperatie (keizersnede) bevalt. Ook de Nederlandse vrouwenbeweging heeft niet door dat daarmee een belangrijke stap in emancipatie wordt teruggezet. Beatrijs Smulders, auteur en verloskundige